Impressie Nieuwjaarsbijeenkomst Graalbeweging en Kerngroep Landelijke Vrouwen Trialoog

Nieuwjaars-bijeenkomst met de Graalbeweging
op 12 januari 2014 in Utrecht met medewerking van leden van de Kerngroep Landelijke Vrouwen Trialoog Ytha Bijlstra, Annego Hogebrink en Farhat Khan-Poos

Op deze bijeenkomst in het Graalhuis, dat prachtige grachtenpand, ging het aan het begin van dit nieuwe jaar over tijd en kalenders. Jodendom, christendom en islam hebben ieder hun eigen tijdsindeling, en dus een eigen kalender. Hoe zijn deze ontstaan en hoe werkt dat door in onze samenleving? En voor ons als vrouwen?

Ruim 25 vrouwen waren aanwezig. Bij de kennismaking zei ieder in één zin iets over tijd en haar beleving ervan: de tijd vliegt…tijd schep je zelf, tijd is relatief…

Daarna vertelde Ytha Bijlstra over de joodse kalender. Deze is anders dan de christelijke kalender, maar in de praktijk worden de kalenders gewoon naast elkaar gebruikt. De joodse kalender wordt vooral gebruikt om de feestdagen die seizoensgebonden zijn zoals de oogstfeesten Pesach, Sjawoeot en Soekot in het jaar mee te markeren.
Die kalender is op de maan gebaseerd (354 dagen= 12x 29,5 dagen) en dit levert problemen op in verband met de seizoenen. Er is een verschuiving van 11 dagen die gecompenseerd moet worden. Het zonnejaar, de tijd die de aarde nodig heeft om de baan rond de zon te voltooien (365 dagen), wordt daarom naast de maankalender gebruikt. Het verschil van 11 dagen wordt opgelost door de twee tellingen te harmoniseren en een luni-solair systeem te hanteren. Feitelijk betekent dit dat 7 maal per 19 jaar er een extra schrikkelmaand in de lente is: Adar 2.

Annego Hogebrink informeerde ons over het ontstaan van de christelijke kalender. Deze is gebaseerd op de antieke Romeinse kalender. De namen van de maanden verwijzen daar nog naar. De christelijke (‘onze’) kalender is pas plm 500 na Chr. vorm gegeven, toen het christendom in het westen de verplichte staatsgodsdienst was. De geboorte van jezus werd vastgesteld op 25 december, mede omdat op die datum ook het Romeinse zonnewende-feest gevierd werd.  Sinds de invoering van deze kalender spreken we van voor en na Christus.

Farhat Khan-Poos vertelde dat de islamitische kalender veel overeenkomst heeft met de joodse kalender. De islamitische kalender voegt echter geen schrikkeldagen in. Daarom vindt er een verschuiving plaats van 10 of 11 dagen per jaar. Dat is ook de reden dat de vastenmaand Ramadan ieder (christelijk) jaar 11 dagen eerder valt dan het jaar daarvoor.

Na een zeer goed verzorgde lunch werden drie gespreksgroepen gevormd. De drie inleidsters
stelden ieder een feest in hun eigen traditie centraal, en wat dat voor hen als (huis) vrouwen betekent. Ytha over Pesach, Annego over Kerstfeest en Farhat over het Suikerfeest, na de Ramadan. Er moet altijd veel gebakken en gebraden worden, bij Pesach moet het huis heel goed schoongemaakt worden, er mag geen gist of broodkruimel meer aanwezig zijn. Waarom moet dat, en waarom is dat vanouds de taak van vrouwen? Waar staat dat voor?

Hoe ervaren de andere vrouwen dit? Herkennen zij zich hier in? Boeiende gesprekken en verhalen leverde dit op. Plenair werd een en ander uitgewisseld in een werkvorm waarbij men in het gesprek kon stappen.
Het was een leerzame en enthousiaste ontmoeting. Een inspirerend begin van het nieuwe jaar!
En de moeite waard om ook andere thema’s aan te snijden, vanuit deze vruchtbare samenwerking.

Gerry van der Swaluw

Reacties zijn gesloten.